Snelladen

Snelladen doe je bij zogenaamde snellaadstations, die je vaak langs de snelweg ziet. Bekende snellaadpunten zijn Fastned, Shell Recharge en Tesla Superchargers. De reden waarom snelladen zo veel sneller gaat dan thuisladen of publiek laden, is dat er bij snelladen gebruik wordt gemaakt van gelijkstroom (DC) in plaats van wisselstroom (AC). Hierdoor zijn de meeste batterijen binnen 20 tot 30 minuten weer tot 80% volgeladen. De kosten voor snelladen zijn relatief hoog. Beperk daarom het gebruik en (snel)laadt alleen op om je bestemming te kunnen bereiken.

Snel laden gebeurt met gelijkstroom, wat direct de accu in gaat. Er zijn verschillende standaarden met bijbehorende vermogens en stekkers.

De kosten voor laden bij een snellaadpunt liggen hoger dan de kosten voor een thuislaadpunt of een laadvoorziening op het werk. De Travelcard app laat per laadpunt zien wat de actuele kosten zijn en of een laadpunt vrij is.

De kosten van een snellaadpunt worden berekend op basis van het aantal kWh. Als de laadkosten in het leasecontract zitten, worden ook de kosten van fastchargers vergoed. Dit geldt ook voor de kosten die voor het laden in het buitenland worden gemaakt.

Betaal je zelf de kosten voor snelladen en heb je een eigen laadpas aangeschaft? Check dan of de aanbieder een eigen app heeft met de voor jou geldende tarieven voor de publieke laadpunten.

Als je onderweg je auto wil bijladen, maak je gebruik van publieke laadpalen. Bij een publiek laadpunt je auto opladen kost meer tijd dan opladen bij een snellader. In de app van Travelcard zie je of er een laadpaal bij jou in de buurt is.

Snellaadpunten hebben vaste kabels met verschillende soorten stekkers. Je hebt hier dus geen eigen laadkabel bij nodig. Bevestig de laadkabel in de auto en in het laadpunt. Je start en stopt het laden eenvoudig met je laadpas.